Dubbele tong

Max groeit tweetalig op.

Althans, is de bedoeling. Zijn eerste woord is al twee maanden ‘auto’. Daar kan hij niet zoveel verkeerd mee doen, immers betekent dat in beide talen hetzelfde. Integratie gelukt. Nou ja, voor even.

In het begin was het raar. Ik woon hier al 11 jaar, en spreek inmiddels 14 jaar Nederlands. Zonder accent, durf ik te beweren, al hoor ik er van menig collega nog wel eens een grapje over. Duits spreek ik alleen aan de telefoon of als ik op familiebezoek ben, dus eens in de twee maanden. En dan moet je dus ineens iedere dag, iedere minuut je moedertaal spreken, anders leert Max het niet.

Lees verder “Dubbele tong”

Wie-o-wie

Ik heb 2 stemmen, staat er op het briefje. Eentje voor de regionale verkiezingen, en eentje voor de landelijke. Al twee weken lang ligt de bruine envelop met inhoud op de kast te wachten tot ik mijn kruisjes zet.

Volgende week zondag zijn er verkiezingen in Duitsland. En aangezien ik mijn paspoort ondanks uitstekende inburgering in dit kikkerlandje nooit heb afgestaan, en dat ook niet van plan ben, hoor ik nog steeds bij de stemgerechtigde Duitse staatsburgers.

Lees verder “Wie-o-wie”