Ze zijn er nog niet, maar de aankoop van het schilderij ‘Gezicht op Rhenen’ van Jan van Goyen door het Stadsmuseum in Rhenen is een stapje dichterbij. Inwoners schonken de eerste 1000 euro en van de Stichting het Voormalig Gast- en Weeshuis in Rhenen kwam een grote donatie van 25.000 euro binnen. In totaal heeft het Stadsmuseum 350.000 euro nodig om het schilderij, dat ook wel ‘de Nachtwacht van Rhenen’ wordt genoemd, aan te kunnen kopen.
Ulrike Nagel draaide en monteerde deze bijdrage voor RTV Utrecht.
Directeur Maike Woldring glundert van trots als ze de zaal met het kunstwerk laat zien. “Ik kom zelf niet uit Rhenen, maar elke keer als ik de rivier over kom, dan zie ik dat kleine stadje liggen tussen Rijn en Heuvelrug en dan denk ik: wow, wat is het hier mooi! En dat voel je meteen als je dit schilderij ziet.”
Bezoekers kunnen hier alle details van het bijna 400 jaar oude schilderij uit 1649 bekijken. Daarnaast is er ook een film gemaakt met uitleg over de gebouwen van Rhenen die er destijds stonden. En een soundcompilatie, zodat je alles wat er op het schilderij te zien is ook met je oren in het juiste tijdperk kan plaatsen. “We noemen dit een conversatiestuk, je kunt over alle dingen met elkaar praten die erop te zien zijn”, aldus directeur Woldring.
‘De Nachtwacht van Rhenen’
Mieke Hasselton en haar collega Peter Kevenaar hebben plaatsgenomen op de bank tegenover het kunstwerk. Beiden werken als vrijwilliger in het Stadsmuseum. De zaal is speciaal voor dit ene schilderij ingericht. Mieke herkent de oude gebouwen op het schilderij meteen. “Het koningspaleis bijvoorbeeld, dat bestaat nu niet meer, dat is uiteindelijk helaas afgebroken.”
“Het schilderij is heel bijzonder”, voegt Peter toe, “het is voor ons net zoiets als de Nachtwacht voor het Rijksmuseum. En dat geeft hopelijk heel veel aantrekkingskracht voor de mensen die dit willen zien. En ik hoop zoveel aantrekkingskracht dat we veel bezoekers krijgen – niet zoveel als het Rijksmuseum, maar wel in de orde daarvan.”
Voor het kleine Stadsmuseum is de bruikleen van dit kunstwerk een droomscenario, zegt de directeur. “Ik kreeg een mail waarin wij werden gevraagd of we hier belangstelling voor hadden. Toen dacht ik, dat is dé kans voor dit museum om over de geschiedenis van Rhenen die onderbelicht is, een prachtig verhaal te vertellen.”Jan van Goyen is een bekende schilder uit de 17e eeuw. “Als ik aan Jan van Goyen denk”, gaat Maike Woldring verder, “dan denk ik ook aan Rembrandt, aan Van Ruysdael, aan Vermeer. Zij hebben allemaal gezichten op Rhenen geschilderd. Ze waren veel onderweg en hier op de grens van de Nederrijn met de Heuvelrug voelde het voor hen net alsof ze in het buitenland waren.”Alleen Jan van Goyen schilderde Rhenen al 28 keer. Tot nu toe hing geen enkele van deze kunstwerken ook echt in de stad. Daar komt nu dus verandering in.
Alles moet kloppen
Uiteindelijk vroeg de Berlijnse kunstverzamelaar – die anoniem wil blijven – of het museum het schilderij ook zou willen kopen. “Toen ging ons hart nog sneller kloppen, alleen al een bruikleen is veel werk. Het juiste klimaat, de juiste beveiliging, de juiste verlichting, de juiste presentatie, dat is al een uitdaging. Maar wat kunnen we ermee als we het ook echt houden?”
“We zijn eerst eens even met allemaal experts gaan praten. Specialisten van het Rijksmuseum, specialisten van het Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis. We hebben taxateurs gevraagd wat ze van de vraagprijs vinden. Want we moesten wel het hele proces kennen voordat we hieraan beginnen. Alles bleek te kloppen en dus durven we het aan.”
350.000 euro
Nu wordt er gekeken waar het geld vandaag kan komen. Woldring: “Allereerst kijken we naar de grote fondsen. Die echt bedoeld zijn om bijzondere kunstwerken aan te kunnen schaffen als je een goed verhaal hebt. Het Mondriaan Fonds of de Vereniging Rembrandt. Maar we weten ook hoe belangrijk het is om de mensen erbij te betrekken voor wie we het allemaal doen.”
En dus kan iedereen iets bijdragen. In het museum hangen QR-codes waarmee je makkelijk een klein bedrag over kan maken. Maar ook grote bedragen zijn welkom. Daar staan dan ook tegenprestaties van het museum tegenover, dat in een sfeervol oud raadhuis gehuisvest is, precies naast de Cunerakerk.Vrijwilligers Mieke en Peter hebben nog niets overgemaakt, maar zijn dat wel van plan. Peter: “Dan hebben we het niet over heel veel nullen, maar dan gaat het eerder over het getal voor de nul”, zegt hij met een brede glimlach.