Op de ‘shkola’ van de Utrechtse scholengroep NUOVO krijgen 60 leerlingen vanaf vandaag les van Oekraïense leerkrachten. Deze week komen daar nog eens 60 scholieren bij. Ze zijn allemaal tussen de 12 en 18 jaar en wonen in gastgezinnen in en om de stad.
Item en tekst door Ulrike Nagel.
Meteen toen de eerste vluchtelingen deze kant op kwamen, ging Gerben Houwer nadenken. Hij is directeur van de Ithaka-school in Utrecht, een school speciaal voor vluchtelingen die vanuit een oorlogssituatie naar Nederland komen en hier snel willen integreren. “We hebben deze school binnen een paar weken opgezet. Ik heb eerst gesproken met een aantal Oekraïeners en toen werd al snel duidelijk dat er een verschil was, want de meesten willen het liefst gewoon terug naar huis, en dus willen we hen ook onderwijs in hun eigen taal en met Oekraïense leerkrachten bieden.”
Gloednieuwe klaslokalen en Oekraïense docenten
Les krijgen de leerlingen op de vierde verdieping van het gebouw Nieuw Welgelegen aan de Grebbeberglaan. In gloednieuwe klaslokalen, de verdieping stond namelijk leeg. “We hebben veel geluk gehad dat we al deze ruimtes meteen konden gebruiken. En de leerkrachten vonden we via een oproep op social media. Een dag later zaten hier zo’n achttien Oekraïeners die we eerst even hebben gevraagd wat voor onderwijs nu het beste is voor de leerlingen. We hebben een programma op maat gemaakt, waarbij we letten op de behoeftes van de scholieren”, vertelt Gerben.Uiteindelijk gingen acht Oekraïense docenten hier meteen aan de slag. Eén van hen is Nataliia, zelf gevlucht met haar twee zoontjes. Ze gingen 11 maart weg uit Odessa waar Nataliia Engelse les geeft op de universiteit. Op weg naar vrienden in Nederland – haar man is achtergebleven. Nu staat ze voor een klas met tien Oekraïense leerlingen, 16 en 17 jaar oud. Haar Engels klinkt heel Brits, ze oogt als een strenge juf, met leerlingen die goed luisteren. In eerste instantie is dit een hele normale klas.
Vrienden maken
“We praten ook over het weer en hoe iedereen hier vandaag in de regen is gekomen. Het is goed dat er afleiding is van de oorlog thuis. De kinderen die ongetwijfeld een trauma mee hebben genomen, worden hier zó goed opgevangen. Het is geweldig wat ze hier allemaal in zo’n korte tijd hebben geregeld. We zijn hier omgeven door allemaal familieleden lijkt het wel. En dat we les kunnen geven, dat zorgt ervoor dat we even ergens anders aan denken. En de kinderen kunnen op deze manier nieuwe vrienden maken. Dat is heel belangrijk, denk ik.”Kateryna beaamt dat. Zij komt uit een kleine plaats bij Kiev en woont met haar moeder bij een gastgezin. Nu komt ze elke dag hier naar school en ontmoet andere Oekraïense tieners. “We kenden elkaar helemaal niet, maar nu zijn we vrienden. Afgelopen vrijdag hebben we een verjaardag gevierd samen, dus dat gaat snel. Bij mijn gastgezin thuis is het fijn, we doen bordspelletjes samen en we proberen Nederlandse gerechten, tompouce bijvoorbeeld. Ze hebben laten zien op hoeveel verschillende manieren je die kan eten”, vertelt Kateryna lachend in het Engels.
Nikita is een klasgenoot die even verderop zit. Vanochtend is hij vanaf zijn gastgezin in Maarssen komen fietsen. Negen kilometer. “Dat ging prima, geen probleem. Ik kom uit Charkiv, daar heb ik wel een fiets, maar die gebruikte ik niet zo vaak. Mijn vader is daar gebleven, met mijn grootouders. Met hen gaat het niet zo goed nu, hun flat heeft geen ramen meer, dus wonen ze nu even bij mijn vader in ónze woning.”Al zijn Oekraïense vrienden zitten nu ook verspreid over Europa. “Sommigen zijn in Duitsland, sommigen in België. Veel vrienden zijn ook nog in Oekraïne, alleen in andere delen van het land of dichter bij de grens. We appen elkaar hoe het gaat. Maar we zitten hier nu veilig, dus dat is goed.”
Allemaal hebben ze zich razend snel aangepast aan de situatie, blijkt uit de gesprekken. Maar makkelijk is dat niet altijd. “Ik heb nog een tijdje les gegeven via Zoom aan mijn studenten in Odessa.”, vertelt Nataliia. “Zelfs toen ze al in een schuilkelder zaten. Maar op een gegeven moment ging dat niet meer omdat er geen verbinding meer was. Nu heb ik nog contact met hen via berichtjes op de telefoon.”Op het moment dat de camera uit is, wordt het Nataliia even te veel. Tranen rollen over haar wangen als ze toegeeft dat ze grote zorgen heeft om haar man die nog in Odessa is. Hij kan tekstberichten sturen, maar de situatie wordt er niet beter op. Ze maakt zich zorgen om haar studenten. En een deel van de universiteit in Charkov is getroffen door een bombardement. Ze zou dolgraag weer eens normaal een nacht door willen slapen.
Hoe het met haar twee kinderen is in deze omstandigheden? De jongens spelen in een hoekje van het klaslokaal met lego, want het is nog niet helemaal rond met een basisschool voor hen. “Voor zover dat kan, doen ze het prima. En we zijn zo enorm dankbaar, mensen zijn zo ontzettend gastvrij en hebben ons zo goed welkom geheten. Alles was al geregeld, toen we aankwamen, was er zelfs al speelgoed. We zijn met heel veel warmte ontvangen.” Zelfs de kleinste gebaren weet ze op waarde te schatten, vertelt ze. “We zijn met winterkleding aangekomen, dus zelfs deze jurk die ik nu aanheb, is helemaal niet van mij, maar heb ik gekregen.”Haar grote zoon is vandaag jarig, hij wordt 9 jaar oud. Dat had ze met haar man willen vieren. “Daarom hebben we kinderen gekregen, om ervan te genieten.” Even later keert het verdrietige moment zich weer om in vrolijk gelach. De jongens mogen eindelijk even naar de koelkast verderop rennen. “Misschien moeten we even een pauze nemen”, zegt Nataliia tegen de leerlingen. “We gaan nu eerst even taart eten.”