Zeist – Met een half jaar vertraging wordt het nieuwe asielzoekerscentrum in Kamp van Zeist vanmiddag geopend. De 200 asielzoekers uit de naastgelegen noodopvang verhuizen dan naar een nieuw gebouw op het terrein, met meer privacy. Daarnaast is er plek voor nog eens 200 nieuwe asielzoekers die onder andere vanuit aanmeldcentrum Ter Apel in Groningen worden overgeplaatst.
Ulrike Nagel was bij de officiële opening en gaf toelichting in de studio in het programma UNieuws.
De burgemeester van Zeist, Koos Janssen, krijgt als één van de eersten een rondleiding. Ondanks al het geregel en de moeite die het de gemeente kost, is het glas voor hem steevast halfvol. “We hebben er naar uitgezien, want we hadden alleen de noodopvang hiernaast. Het is heel fijn dat die vervangen wordt door een asielzoekerscentrum. Dat is nog steeds sober, maar biedt meer comfort dan de noodopvang.”
In de witte paviljoenen op het voormalig militair terrein zijn de slaapzalen alleen door gordijnen van elkaar gescheiden, in het nieuwe complex zijn er echte muren en deuren. Koos Janssen: “Mensen zullen meer privacy hebben, gezinnen kunnen bij elkaar gaan wonen. Er is sfeer gemaakt in het gebouw, kleur die resoneert met de landen waar de mensen vandaan komen. Er is goed over nagedacht. Betere vloeren, kookeenheden per afdeling. Rust bij de mensen brengt het goede in het leven, brengt rust in de buurt, rust bij de begeleiders.”
Een azc voor 5 jaar
De asielzoekers kunnen vijf jaar lang in het nieuwe complex wonen. Het is een groot terrein, nu nog grijs en grauw, met hopelijk binnenkort wat ruimte voor groen. “We hebben die leefruimte ook nodig”, vertelt de burgemeester, terwijl hij door de plassen loopt, want de paden zijn nog maar net aangelegd en nog niet helemaal af. “De basisschool staat daar verderop, de eerste kinderen kregen afgelopen donderdag al les. En er komt nog een kinderopvang, een fietsgelegenheid, er komt een buitenspeelplaats, dus die ruimte is ook nodig.”
Bij de school loopt hij meteen naar het raam en maakt een praatje met de docenten. Die zijn alvast enthousiast begonnen. Iets wat ook Koos Janssen herkent. “Wat ik zeg tegen burgemeesters die het allemaal niet meer zo zien zitten? Dat je er niet mee vooruit komt. Het probleem is niet opgelost als je barrières blijft opwerpen. Je moet het gewoon doen, het goede voorbeeld geven.”
Een rasoptimist als burgemeester
Koos Janssen blijft ondanks alle obstakels behoorlijk optimistisch. Mensen in nood opvangen – dat moet je gewoon doen, vindt hij. “Over de wereld gaan we niet, maar over onze eigen humaniteit gaan we wel en het draagvlak in de politiek en de samenleving is daar groot voor.”
Als omwonenden toch gaan morren, gaat hij met hen in gesprek en is er veel mogelijk, merkt hij. Daarnaast heeft hij altijd een luisterend oor. Voor de problemen van woningzoekenden bijvoorbeeld. “De opvang van asielzoekers betekent niet dat we niets voor onze eigen inwoners doen. Zo hebben we bijvoorbeeld beleid geformuleerd om woningzoekenden in onze eigen regio te helpen, versnelde woningopgave heet dat. We vormen kantoren om tot woningen, we zijn bezig met flexwoningen, tussenvoorzieningen, doorschuifwoningen, noem maar op. Het één hoeft niet ten koste te gaan van het ander.”
‘Geen grens aan de capaciteit’
Naast de 400 asielzoekers die hier gaan wonen, vangt de gemeente ook 300 mensen uit Afghanistan op in Huis ter Heide, plus 300 Oekraïners. Dit jaar verwacht Nederland nog eens zo’n 70.000 vluchtelingen. Maar Koos Janssen ziet ook dat zitten: “Als je schouder aan schouder staat, dan kan je de wereld verzetten en dan is er geen grens aan de capaciteit.”
